Droomdansen

Een trappenhuis, de treden waaieren naar boven, na elke halve draai een overloop. Aan elke overloop dubbele deuren, grachtenpand-hoog en bedacht kaalgeschuurd. Ik ben op weg naar de zaal helemaal boven in het pand, want op zoek naar ruimte voor een symposium. Als alles is afgesproken, dalen we weer af, de mevrouw van de ruimte en de mevrouw van het symposium. ‘Zal ik u de andere zalen ook laten zien?’ Mijn ‘Graag!’ opent alle deuren. Mythische figuren boven schoorsteenmantels, symboliek in de architectuur, de planning van de renovatie, interessant, maar ik kan alleen maar denken aan hoe ik hier zou dansen, tussen de zuilen, sommige dragend, andere alleen maar voor de sier en daarom door de jongens en meisjes met de schuurmachines meedogenloos gestript en tot decorstuk teruggebracht – een slepend trage, melancholieke tango, vanwege de vergankelijkheid, maar wel graag met een twist: gracias verleden, wij gaan zó met je verder. Een draai, een boleo, een glimlach.

Uit de grote stad terug in de provincie, op de fiets van station naar werkplek. Het is een stralende herfstdag, blad dwarrelt uit de bomen door de lucht. Een wervel van blaadjes trekt mijn blik naar een koepeltje op een heuvel links. Acuut wil ik oversteken, mijn fiets achterlaten aan de voet van de helling, door het gras omhoog lopen, de treetjes rond het koepeltje op. Ja! een milonga, nu, daar! Een gestipstapte milonga, tussen de beukenbladeren, niks herfst of eindigheid – een stukje Sound of Music schuift in beeld: girl meets boy, ze dansen in een muziekpaviljoen-achtig bouwsel van gekruld gietijzer. ‘I am sixteen, going on seventeen’. Eenmaal achter mijn bureau google ik snel nog even de hele tekst. ‘Fellows I meet may tell me I’m sweet, and willingly I believe.’ Waarom blijf ik aan die regel hangen? Ben toch allang geen zestien, bijna zeventien meer? Gauw terug naar mijn milonga onder het koepeltje op de heuvel, een wervelende herfst, lente- en zomer-ervaring inbegrepen.

Volop bladeren ook op de begraafplaats, het weekend na Allerzielen. Knalgele hier, de donkergroene steen helemaal bedekt. Een rommeltje, maar een vriendelijk dekentje eigenlijk ook wel. Met een ouderwetse borstel schrob ik mijn moeders naam schoon, het gele dekentje schik ik om haar schouders. Onder het poetsen kabbelen mijn gedachten maar zo’n beetje rond. Beter zo. Als ik er alleen maar sta te staan, ben ik verlegen en o zo kritisch, verlang ik van mezelf verantwoorde begraafplaatsgedachten.

Met vuile handen kom ik thuis, hemel, dat groen gaat er niet af. Uiteindelijk sta ik te scrubben met Biotex, want ’s avonds salon*, daar wil je toch niet met rouwranden aankomen.

Met schone handen dans ik er, vanavond geen kritisch hoofd. Mijn benen kabbelen, stipstappen, en slepen, dan weer traag, dan weer wervelend. Four seasons in one dance – een gedroomde tango.

* georganiseerde gelegenheid waar tangodansers (m/v) elkaar ontmoeten om te dansen (zie bijv. deze tangokalender)

© NJB
Foto: privébezit

Wilt u mijn talent inzetten, belt of mailt u dan gerust. Ik kijk uit naar het contact en de samenwerking.